Het nationale park Loango staat terecht bekend als ‘Africa’s last eden’, het laatste Afrikaanse paradijs. Hier slingeren rivieren zich door dichte regenwouden van Gabon en bieden uitgestrekte lagunes met eilanden en kilometers wit zandstrand een uniek habitat voor talloze diersoorten. Loango is dan ook met recht een paradijs en is misschien wel het meest bekend om de mythische surfende nijlpaarden.
Naast de nijlpaarden dwalen hier ook olifanten over de stranden en in de zee is er de grootste concentratie en variëteit aan walvissen en dolfijnen in de wateren van Gabon. In de dichte bossen kan je op zoek naar westelijke laaglandgorilla’s en een assortiment van andere zeldzame zoogdieren als bijvoorbeeld de sitatunga’s. Dit alles maakt Loango National Park tot één van de beste bestemmingen ter wereld om wilde dieren te spotten.
Het nationale park ligt tussen de Nkomi en Ndogo lagunes en is 1550 vierkante kilometer groot. Het park is bekend geworden door Mike Fay en Nick Nicols van National Geographic die hier een reportage maakten en Loango het ‘land van de surfende nijlpaarden’ noemden. Op maar enkele plaatsen in Afrika kan je nijlpaarden in zee treffen (een andere plek is Orango in Guinee Bissau). Op de ruim 100 kilometer lange zandstranden is het niet ongewoon om olifanten, buffels en zelfs luipaarden te zien.
Bultrug walvissen
In de wateren langs de kust is ook genoeg te zien. Na Zuid Afrika komt hier de grootste concentratie walvissen en dolfijnen voor. Bultruggen en zelfs Orka’s die normaal gesproken in koudere wateren leven komen er voor. Het gebied staat ook bekend om de recordgrootte van tarpoen en vele andere grote zeevissen. In de Iguela Lagune worden soms ook zeekoeien gezien.
Tussen juli en oktober komen honderdduizenden Congo zwaluwen en roze bijeneters naar Loango om te nestelen. Bij zonsondergang vliegen ze uit in enorme zwermen van meer dan 100.000 vogels die dan een acrobatische luchtshow opvoeren.
Loango werd in 1956 uitgeroepen tot regionaal natuurreservaat. In november 2002, na veel (inter)nationale druk werden er door president Omar Bongo 13 nationale parken in het leven geroepen. Loango National Park was er daar één van. Tegenwoordig wordt het beheer van het park grotendeels uitgevoerd door het Wildlife Conservation Society (WCS) en het Wereld Natuur Fonds (WWF).
Westelijke laagland gorilla’s
Sinds 2016 worden er in Loango gorilla trackings georganiseerd. De Atananga groep is gewend aan menselijke bezoekers en bestaat uit 16 gorilla’s waaronder 1 silverback. Per bezoek mogen er maximaal 4 personen mee. De groep wordt constant gevolgd door rangers, waardoor de locatie van de dieren altijd bekend is. Dat je ze zal zien bij een trekking is dan ook zo goed als gegarandeerd. Andere apensoorten die door de bomen zwaaien zijn onder meer mantelmangabeys, witneusmeerkatten en Brazza’s meerkatten.
Bezoek Loango National Park
In het natuurpark kan je alle kanten op, op safari met de auto, boot of ter voet. Ook een avontuurlijke meerdaagse trektocht door de bossen en langs het strand behoord tot de mogelijkheden. Deze komt ook langs het gorilla onderzoekskamp. De uitrusting is erg basic, net als het eten, maar het is een van de laatste plaatsen waar je kunt ervaren hoe het moet hebben gevoeld om een van de oorspronkelijke ontdekkingsreizigers te zijn.
De beste tijd om Loango te bezoeken is in december en januari. Deze maanden kenmerken zich door de heldere blauwe luchten en weinig regen. Van februari tot en met april vallen er hevige regenbuien. Het lange droge seizoen is van mei tot september, deze maanden is de zon vaak ver te zoeken en overheersen bewolkte luchten. In oktober en november wisselen hevige regenbuien en zonneschijn elkaar af. Het hele jaar door liggen de temperaturen overdag tussen de 27 en 32 graden. ’s Nachts koelt het af naar 20 tot 24 graden.
De beste periode om wild te zien ligt tussen oktober en april. Dit zijn echter ook de maanden met de meeste muggen en tseetseevliegen. De walvissen trekken tussen juli en september langs de kust, elk jaar migreren er ruim 3000 bultruggen langs de kust. Ook zijn er dan grote groepen dolfijnen te zien. Zeeschildpadden komen aan land tussen november en maart en de beste tijd om dieren (waaronder nijlpaarden en olifanten) op het strand te zien is van november tot en met april.
Loango is geen budgettrip
Loango ligt op ongeveer 250 km ten zuiden van de hoofdstad Libreville en is bereikbaar over goed geasfalteerde wegen. Voor een bezoek aan het park zal je wel in de portemonnee moeten tasten. De entree voor het park is ruim €200 en daar komen dan nog accommodatie en excursiekosten bij. Verwacht per dag zo’n €450 kwijt te zijn en meer voor de gorilla tracking. Zit je krap bij kas dan zijn er ten noorden van de Iguéla (Ngowé) lagune enkele lodges die trips aanbieden voor iets minder hoge prijzen en in het zuiden biedt Setté Cama eco tours aan. Hoe dan ook zullen alle trips met een 4×4 of motorboot gedaan worden en daar hangt een prijskaartje aan. Eén die het overigens naar onze mening meer dan waard is.
Beeld je het eens in: je loopt over een ongerept wit zandstrand en het enige geluid zijn de golven die op het strand slaan. Opeens wordt je overrompeld door donderend getrompetter van een kudde olifanten die uit het dichte regenwoud tevoorschijn komt en langzaam de branding van de Atlantische Oceaan inloopt met kleine olifantjes die door de golven dartelen. En wat dacht je van een nijlpaard dat tussen de golven staat te genieten van de brekende golven en zo naar de kust lijkt te surfen.
Overnachten kan bij de Loango Lodge, deze beheert ook verschillende wildlife camps in het park, waaronder Akaka bush camp en Louri River camp. Voor meer info zie de website van de Loango Lodge.