Minkébé is een nationaal park in het uiterste noordoosten van Gabon. Het is één van de meest ontoegankelijke parken, niet alleen van Afrika, maar van de hele wereld. Safarigangers die een reis naar dit natuurlijke juweeltje ondernemen, zullen echter grondig worden beloond.
Het 7.570 vierkante kilometer grote park kent een mengelmoes van habitats, variërend van rivierbossen tot moerassen en rotspartijen. Het Minkébé bos staat vol met bomen die honderden jaren oud zijn. Tussen deze oude bomen leeft meer dan de helft van de populatie bosolifanten van heel Centraal Afrika. Ondanks dat ivoorstroperij de aantallen gehalveerd hebben (tussen 2004 en 2014 zijn er naar schatting 25.000 olifanten gestroopt) leven er nog steeds duizenden van deze dieren, die hier een veilige haven hebben gezocht tussen de torenhoge woudreuzen. De bosolifanten zijn de belangrijkste bewoners van het park en worden beschouwd als één van de grootste populaties op het continent.
Andere diersoorten die in het park te vinden zijn, zijn de westelijke laaglandgorilla, Afrikaanse goudkatten, het reuzenschubdier, chimpansees en zwarte colobusapen. De waterrijke gebieden zijn de ideale habitat voor dieren als de dwergkrokodil, de gevlekte otter en de sitatunga. Meer dan 220 vogelsoorten, waaronder de geschubde ibis, de kroonarend en de Rachels prachtwever zijn in het park te zien.
Moerassen en graslanden
Door het noorden van het park stromen de Sing en de Nouna rivieren. Dit zijn zijarmen van de Ivindo rivier die op zijn beurt weer een zijtak is van de Ogooué, de grootste rivier van het land. Rond de rivieren hebben zich moerasachtige gebieden, een moerasbos en enkele graslanden gevormd. Dit zijn nu de meest herkenbare habitats van Minkébé en de plekken waar het meeste wild word gezien.
Het nationale park Minkébé is vernoemd naar een oud dorp dat ooit een koloniale post was. In het park zijn geen wegen en de enige manier om het te verkennen is ter voet of met een boot.
Tri-National Dja-Odzala-Minkébé
Minkébé maakt deel uit van het Tri-National Dja-Odzala-Minkébé transborder forest, dat 10% van het regenwoud in het Congo bassin beschermd. Dit 178.000 vierkante kilometer grote gebied wordt gedeeld door Gabon, Kameroen en de republiek Congo. In dit grensoverschrijdende park zo groot als Nederland zouden nog ongeveer 25000 bosolifanten en grote aantallen gorilla’s en chimpansees leven.
Bezoek Minkébé National Park
Een bezoek aan Minkébé is niet weggelegd voor de beginnende reiziger. Het park ligt ongeveer 700 kilometer van Libreville. De reis brengt je eerst per vliegtuig of openbaar vervoer naar Oyem. Vanaf hier reis je verder naar Minvoul waar je een boot neemt naar Doumassi. Een andere optie is om vanaf Oyem naar het dorp Bitam richting de grens met Kameroen te rijden. Bij Hotel Des Voyageurs kunnen ze je verder helpen bij je bezoek aan Minkébé.
In het park zijn geen overnachtingsmogelijkheden. Naast Bitam zijn er overnachtingsmogelijkheden in Makokou of in Mvoung. De vergunning om het park te bezoeken haal je bij het kantoor van de ANPN in Makokou.
Vanwege het hete en vochtige klimaat van Gabon is de beste tijd om Minkébé National Park te bezoeken van mei tot en met september. De temperaturen liggen dan rond de 20 tot 28 graden. Door de hoge luchtvochtigheid voelt het echter vaak veel warmer aan. De droogste tijd van het jaar is van juni tot augustus.
Als je na een lange reis het park hebt bereikt neem dan ook de moeite om je te verdiepen in de de cultuur en levensstijl van de etnische groepen Kwèl en Kota. Ze kunnen je vertellen over een jungle geest genaamd Baka Edzengui en misschien wordt je wel getuige van de bijzondere Kwèl Deke-dans.