Het nationale park Bui ligt in het westen van Ghana en is het leefgebied van de grootste populatie nijlpaarden, zo’n 200 stuks, van het land. Het landschap bestaat, naast de Black Volta rivier die door het midden van het gebied loopt, uit rivierbossen, gallerijbossen en savannes. Het in 1971 opgerichte park is 1821 vierkante kilometer groot en daarmee één van de grotere natuurparken in Ghana.
Naast de nijlpaarden is het ook een vogelrijk gebied waar ruim 250 verschillende soorten zijn geteld, waaronder de zeldzame witnekkaalkopkraai. Ander wild bestaat uit olifanten, waterbokken, bosbokken, bavianen, groene meerkatten en wrattenzwijnen. Deze worden echter niet heel veel gezien bij een kort bezoek.
Bijzonder in het park zijn de groene berghellingen met daarin verschillende grotten. Ook zijn er een aantal mooie watervallen te bezoeken. De grotten herbergen grote vleermuis kolonies en het is de moeite waard om te wachten tot de zon ondergaat boven de bergen van Bui en grote zwarte zwermen langs de hellingen te zien vliegen.
Door de nieuwe Hydro elektrische dam die hier kort geleden is gebouwd in de Zwarte Volta rivier is de geografie van het park aanzienlijk aan het veranderen. Er zijn inmiddels al verschillende nieuwe riviergebieden en eilandjes ontstaan. De vraag is of de dam invloed gaat hebben op de populatie nijlpaarden, omdat die de lager gelegen gebieden die nu onder water lopen gebruiken om te grazen.
Wandel en bootsafari’s
Gezien het in het park nooit druk is kan er bij de flexibele rangers van het Bui Camp makkelijk ter plekke een wandelsafari of kampeerovernachting geregeld worden. De meest populaire manier om het park te bezoeken is echter per boot met een lokale visser om zo op de rivier de nijlpaarden te zoeken. De dieren laten zich het beste zien tijdens de droge maanden van december tot en met mei. In het regenseizoen staat het water hoger en loop je de kans alleen maar wat oortjes boven water te zien uitsteken. Aan het eind van het regenseizoen is de rivier zelf vaak onbevaarbaar door het hoge water.
Het park bezoek je echter niet om veel wild te zien, maar om te genieten van de natuur, rust en ruimte langs de Zwarte Volta rivier. Vraag je het andere reizigers dan zijn de meningen verdeeld. Sommigen zijn teleurgesteld, anderen vinden het één van de hoogtepunten van hun reis naar Ghana. Heb je geen grote verwachtingen om veel wild te zien, want ook al heeft het park de grootste populatie nijlpaarden van het land is dat nog geen garantie dat je ze ook echt gaat zien, dan is het nog steeds meer dan de moeite waard voor de prachtige natuur. Wil je garanties op wild dan kan je beter voor het nationale park Mole kiezen.
Vanaf het Bui Camp loopt een wandelroute (Sunset walk) naar de top van een nabijgelegen heuvel. Vanaf de top heb je een prachtig uitzicht over het park en nabijgelegen dorpjes. Voor deze wandeling is geen gids nodig.
Bezoek Bui National Park
Het hoofdkwartier van het park, Bui Camp ligt op 8 kilometer van het dorp Banda vlakbij het gelijknamige dorpje Bui aan de Zwarte Volta rivier. Vanaf Wenchi rijdt er elke dag één tro-tro naar Bui die ook bij Bui Camp stopt. Vanuit Bui vertrekken ze vroeg in de ochtend rond 5.00-5.30 uur. De rit duurt ongeveer 3 uur en dezelfde trok-trok rijdt daarna dezelfde route weer terug. Tussen Wenchi en Banda rijden dagelijks meer tro-tro’s dus je kan ook overwegen om die te pakken en de laatste 8 kilometer te lopen of een taxi te regelen.
Bui Camp ligt op ongeveer 4 kilometer van de ingang van het park en heeft een paar chalets waar bezoekers kunnen overnachten. Ze zijn simpel maar comfortabel. Er is geen electriciteit en douchen doe je in de Bucket shower.
In het park zijn een aantal simpele kampeerplaatsen ingericht. Je zal wel zelf je eigen spullen mee moeten nemen. Wil je niet overnachten in het park dan zijn er naast Bui Camp in Wenchi enkele guesthouses en hotels te vinden zoals de Viglosam Lodge of het Baah hotel.
Traditionele nabijgelegen dorpen kunnen ook worden bezocht voor wat echte Afrikaanse Ghanese gastvrijheid na de vermoeiende wandelingen door het park. Ben je er in september of oktober dan heb je kans om het Yam festival mee te maken.
Vanwege de ligging van het park is het goed te combineren met onder andere het Mole national park, de Kintampo watervallen en de Buolem Hills.
