Weinig natuurparken in Kameroen worden druk bezocht. Het nationale park Faro is daar dan ook geen uitzondering op. Het 330.000 hectare grote beschermde gebied werd in 1947 uitgeroepen tot een natuurreservaat. In 1968 werd de status opgewaardeerd tot nationaal park. Het landschap bestaat grotendeels uit Soedanese savanne. Het open gebied is ingesloten tussen een bergketen die een hoogte bereikt van 1300 meter en de prachtige rivier de Faro en één van haar zijrivieren, de Mayo Ndugba
Het park ligt dicht bij de grens met Nigeria en wordt aan de oostzijde omgeven door verschillende jachtreservaten. Je hebt er de kans om olifanten, derby elanden buffels en luipaarden te zien, maar het park is vooral bekend vanwege de grote aantallen nijlpaarden. In het verleden leefden in Faro de laatste westelijke ondersoorten van de zwarte neushoorn, maar deze soort lijkt vandaag de dag helaas uitgestorven te zijn.
Vogelliefhebbers kunnen uitkijken naar de Senegalpapegaai, violette toerako, geelsnavelklauwier, groenrugeremomela, purperglansspreeuw, schubkaplawaaimaker, Cisticola, plocepasser, Lagonosticta, het Sint-Helenafazantje en verschillende andere zangvogels.
Bezoek Faro National Park
Faro beschikt over 250 km aan onverharde wegen. Een goede terreinwagen is dus een vereiste. In het park zijn geen accommodatie mogelijkheden. Bij de jachtreservaten zijn wel verschillende lodges, maar de vraag is of je dat wil. Met eigen vervoer kan je het park bezoeken vanuit de stad Ngaoundere.
Het grote wild weet zich over het algemeen goed te verstoppen, maar als je het combineert met Lobéké en het wildreservaat Dja is het de moeite om het te bezoeken meer dan waard. En ik kan niet genoeg benadrukken dat een bezoek aan het nabij regelen Dzanga sangha in de Centraal Afrikaanse Republiek één van de hoogtepunten van jouw reizen naar Afrika zal zijn.