Het nationale park Isangano, gelegen in de noordelijke provincie Luapula in Zambia, is een klein park dichtbij de moerassen van Bangweulu. De westelijke kant van het park maakt dan ook deel uit van de de wetlands van Bangweulu. Een gebied met seizoensgebonden overstromingen en een overvloed aan vogels. Het landschap van het park wordt gevoed door 17 rivieren, waardoor moerassige bossen, graslanden en een breed scala aan biodiversiteit is ontstaan.
Het gebied werd in 1972 uitgeroepen tot nationaal park, maar helaas raakte het park vele jaren geleden in verval vanwege een gebrek aan geld, infrastructuur en beheer. Dit heeft erin geresulteerd dan er afgezien van de vele vogels bijna geen ander wild meer in het park is. Heb je geluk dan zien je mogelijk lechwe, tsessebe of sitatunga antilopen. Nijlpaarden en krokodillen komen ook voor in het park.
Er zijn plannen om in de toekomst het park verder te ontwikkelen en er zijn onlangs maatregelen genomen om de wetlands te beschermen. Hopelijk zal Isangano zich in de komende jaren weer kunnen ontwikkelen tot een volwaardig Nationaal Park.
Geliefd leefgebied voor watervogels
Het waterrijke Isangano is een geliefd leefgebied voor veel watervogels en talrijke trekkende soorten. Soorten die veel in het park te vinden zijn, zijn onder meer: de kwak, Denhams trap, flamingo, Fülleborns langklauw, ibis, Roodkeellangklauw, lepelaar, moerasvliegenvanger, spoorwiekgans, kraanvogelwitkapbijeneter en pelikanen. Hoogtepunten voor vogelaars zijn de zeldzamen zadelbekooievaar en schoenbekooievaar.
Hoewel je het in de nationale parken van Zambia nooit echt druk kan noemen, ligt de aantrekkelijkheid van Isangano vooral in het compleet ontbreken van andere toeristen. Hier kan je echt genieten van de natuur en stilte.
Het park had ooit een simpel intern wegennet, maar door gebrek aan onderhoud zijn die overgroeid en onbegaanbaar. Het westen van het park rond rond Bangweulu is beter begaanbaar, maar ook hier heb je een goede 4×4 nodig.
Bezoek Isangano National Park
Het park is te bereiken via de M1 tussen Mpika en Mbala. Bij Chandeshi is er een slecht onderhouden weg die je naar het park leid. In het regenseizoen kunnen delen van de weg overstromen en onbegaanbaar raken.
In het park zijn geen accomodatie mogelijkheden. Wel is het toegestaan om met een gids in het park te kamperen. De kampeerspullen zal je zelf mee moeten nemen.
Het droge seizoen duurt van mei tot oktober, dan is het er zonnig en regent valt er zelden neerslag. Tijdens het regenseizoen van november tot april zijn grote delen van het park onbegaanbaar het verse groene gras trekt in deze periode wel lechwe en andere grazers aan. Van mei tot augustus heb je de beste kans om de zeldzame schoenbekooievaar te zien.
