Het nationale park Luambe ligt langs de oostelijke oever van de Luangwa rivier, tussen de nationale parken South Luangwa, North Luangwa en Lukusuzi. Met een oppervlakte van maar 254 vierkante kilometer is het één van de kleinste wildparken in Zambia. Het is ook één van de oudste beschermde gebieden van het land en werd al in 1932 uitgeroepen tot nationaal park.
De flora en fauna in het park is te vergelijken met de eerder genoemde grotere buurparken. Bekende grazers en roofdieren zijn er te vinden, al zijn de populaties wel minder groot. Het voordeel van een bezoek aan het onbekende Luambe is dat het veel minder toeristen trekt dan haar beroemde buren. De kans dat je op safari andere toeristen tegenkomt is dan ook vrijwel nihil.
Het relatief kleine park kent een grote diversiteit aan landschappen. Van dichte overbossen langs de rivier tot open graslanden met daarin verspreid de zogenaamde worstboom (sausage tree).
De meest voorkomende diersoorten zijn, puku, impala, blauwe gnoe, roan antilope, waterbokken, kudu, zebra, buffels en nijlpaarden. Lichtenstein’s hartebeest, duiker en oribi worden minder vaak gespot.
De populaties giraffes, olifanten, leeuwen en luipaarden zijn de afgelopen jaren toegenomen en stijgen nog steeds. Toch is een beetje geluk is nog steeds nodig om ze te spotten. Niet bij elke safari worden ze gezien. Nu is echter wel een unieke kans om deze ongerepte wildernis te ontdekken voordat het bekend wordt bij het grote publiek.
Vogelspotten
In het park zijn ruim 200 verschillende soorten vogels gezien en voor de fanatieke vogelaars is Luambe een droombestemming. Zeldzame soorten als de Afrikaanse schaarbek, vlagstaartscharrelaar, Pels visuil, witrugkwak, Angolapitta en Nyasa-agapornis worden met regelmaat gezien.
Langs de oevers van de luangwa rivier tref je met name in september en oktober grote kolonies van de zuidelijke karmijnrode bijeneter, die dan hun nesten in de drooggevallen oevers maken.
Roofvogels zijn uiteraard ook aanwezig, zoals de Martial, Tawny en Afrikaanse visarend.
Bezoek Luambe National Park
Het park is alleen te bezoeken in het droge seizoen tussen mei en oktober. Tijdens het regenseizoen is het park zo goed als onbegaanbaar. Ook tijdens het droge seizoen is het park alleen te bezoeken met een goede 4×4 auto. Vanaf Mfuwe is het zo’n 70 kilometer rijden over een onverharde weg die door de Nsefu sector van South Luagwa loopt. Aan het eind van de rit, die zo’n 3 tot 4 uur in beslag neemt, kom je aan bij Chakolwa Gate, de zuidelijke ingang van het park. Kom je vanaf Lundazi dan is het zo’n 120 kilometer rijden (3 uur) over een betere onverharde weg voor je bij de Chipuka Gate komt, de noordelijke ingang van Luambe.
De enigste mogelijkheid om in het park te overnachten is bij Luambe Camp. De 4 luxe safari tenten staan aan de rand van de Luangwa rivier. De tenten bieden een spectaculair uitzicht over het water en de dieren die hier naartoe komen om te drinken. Ook kan je voor de tent zomaar tientallen nijlpaarden in de rivier zien liggen.