Het Krugerpark is het grootste wildpark van Zuid-Afrika en is bekend om de enorme variatie van dieren. Ook heeft het Krugerpark de grootste populatie olifanten ter wereld. Het ligt in het noord-oosten van het land en grenst aan Zimbabwe en Mozambique. Tegenwoordig maakt het Krugerpark deel uit van het Great Limpopo Transfrontier Park dat zich uitstrekt over deze drie landen.
Het Krugerpark beslaat zo’n 35.000 vierkante kilometer, maar het doel is om met het Great Limpopo Transfrontier Park een beschermd natuurgebied van ruim 100.000 vierkante kilometer te creëren. Dit zou dan meteen het grootste aaneengesloten natuurpark van Zuidelijk Afrika worden en tevens één van de grootste parken ter wereld.
Zuid-Afrika heeft een goede naam op het gebied van natuurbescherming. Het land telt tal van wildreservaten, waarvan het Krugerpark de meest bekende is. Het park bestaat uit een stuk ongerepte natuur dat meer dan half zo groot is als Nederland. Het park is gemiddeld 65 kilometer breed en ongeveer 350 kilometer lang.
Welkom in het Krugerpark
Wij rijden na ons bezoek aan de Blyde River Canyon naar de Paul Kruger Gate. Hier rijden we het Krugerpark in op weg naar onze eerste campingplek in Skukuza. Nog geen 5 minuten nadat we in het park zijn is het al raak. Een tiental impalas staat langs de weg rustig te grazen en terwijl we ze rustig bekijken komt vanuit de struiken ook nog een giraffe aangelopen. Welkom in het Krugerpark!
Vroeg opstaan loont in het Krugerpark. In de vroege ochtend geniet je van een prachtige zonsopkomst en het is meteen het moment van de dag dat het wild het meest actief is. Vanuit Skukuza verkennen we het noordelijke deel van het park en starten we de gehuurde Toyota landrover om 6.00 uur. Nog geen 15 minuten later zien we een aantal leeuwen die zich tegoed doen aan een buffel die ze kort hiervoor hebben gedood. Het is een goed begin van ons 8-daagse bezoek aan Kruger.
In het midden en het zuidelijke deel van het park vind je de grootste concentraties wild en het duurt dan ook niet lang voor we olifanten, neushoorns, leeuwen en buffels op het lijstje kunnen aanvinken. Een dag later rijden we vanaf Skukuza naar Lower Sabie. Een rit van 46 kilometer die de Sabie rivier volgt naar het open grasland in het zuidoosten van het park. Het gebied staat bekend om de grote concentraties neushoorns, cheeta’s en luipaarden. De Sunset Dam is een goede plek om watervogels te spotten.
Satara, Lakaba en Bateleur
De volgende stop is Satara. We rijden vanuit het Sabie rivierdal naar de hoger gelegen centrale graslanden. Opnieuw zijn er overal olifanten. De naam van de route ‘Olifanten loop’ deed het al vermoeden. Maar we zien ook een grote kudde zebra’s en gnoe’s. Na vier dagen op safari vervelen we ons nog geen moment en rijden door naar Letaba. We merken dat hoe noordelijker we komen de concentraties wild minder worden, maar het landschap wordt wel steeds interessanter met hier en daar flinke heuvels en een verdwaalde baobab boom. Ook zien we hier de grootste kudde buffels van ons bezoek aan het park.
We sluiten ons bezoek aan het Krugerpark af met twee nachten op de afgelegen kampeerplek Bateleur. Hier zijn afgezien van een toiletgebouw geen voorzieningen en op het moment dat wij er overnachten zijn er slechts twee andere stellen. Zonder enige lichtvervuiling zitten we tot laat in de avond te genieten van de sterrenhemel terwijl ondertussen een hyena nieuwsgierig langs het hek loopt.
De Big Five
Veel mensen die op safari gaan hebben als doel om de Big Five te spotten. Leeuw, luipaard, olifant, neushoorn en buffel. De kans dat dat lukt bij een bezoek aan het Krugerpark is groot. Ze worden algemeen beschouwd als de meest gevaarlijke dieren, maar dat is niet helemaal de waarheid. Het is vooral een slimme marketing truc om de toeristen te lokken.
Een nijlpaard zorgt ieder jaar voor zo’n 200 doden, een schorpioen telt 5.000 dodelijke slachtoffers per jaar. 100.000 mensen sterven na een slangenbeet, maar met stip op nummer 1 staat de mug. Het beestje verspreid Malaria en 2 miljoen mensen per jaar gaan hieraan dood. Andere problemen die ze veroorzaken zijn Dengue en Gele Koorts. Dan valt de koning van de jungle, de leeuw, met zijn 250 dodelijk ongevallen per jaar een beetje in het niets. Iets om in het achterhoofd te houden. Toch doet het zien of horen van een mug me niet heel veel, zeker niet om 3 uur ’s nachts.. Doe mij dan maar die leeuwen, buffels, olifanten, luipaarden en neushoorns. Daarnaast vond ik tijdens mijn bezoek aan Kruger de ontmoeting met een kudde zebra’s en een groep giraffes met een paar schattige baby’s op zijn minst even indrukwekkend.
Trophy Five
Naast de Big Five is er ook de Trophy Five waar je naar op jacht kan gaan. Het zijn de vijf grote jagers in het park. De leeuw, cheeta, luipaard, hyena en de wilde hond. Deze dieren staan bovenaan de voedselketen en hebben elk hun eigen kenmerkende stijl van jagen. Ook de kleinere jagers zoals de caracal, zadeljakhals, civetkat en serval zijn de moeite waard om naar uit te kijken. Deze laatste dieren jagen voornamelijk ’s nachts en de beste kans om ze te spotten is dan ook tijdens een nachtsafari die bij vrijwel alle kampementen geboekt kan worden. Met eigen auto rondrijden door het park is na zonsondergang niet toegestaan.
Bezoek het Krugerpark
Vanuit Nederland vlieg je in 11 uur naar Johannesburg in Zuid-Afrika. Het Krugerpark ligt op zo’n 5 tot 7 uur rijden van de stad, Afhankelijk van de toegangspoort waar je naartoe rijdt. Je kan ook een klein vliegtuigje nemen naar het Hendrik Van Eck Airport bij Phalaborwa, een plaatsje vlakbij de ingang van het midden van het natuurpark. Een andere optie is om te vliegen naar Kruger Mpumalanga International Airport dat bij de ingang van het zuidelijke deel van het park ligt. Dit scheelt al snel een paar uur uur gezien de vlucht vanaf Johannesburg amper een uur duurt. Zit je goed bij kas dan kan je vanaf hier met een chartervlucht verder vliegen naar een aantal luxe lodges in het park die beschikken over een eigen landingsbaan. Ook is het mogelijk om vanaf Johannesburg naar twee kleine vliegvelden in het park te vliegen.
De beste manier om het Krugerpark te ontdekken is per (huur)auto. Je kan dan op je eigen tempo op zoek gaan naar de big 5. De wegen in het park zijn in goede conditie en bij bijna elk kampement is ook een tankstation te vinden. Verdwalen is er ook niet bij gezien er overal gedetailleerde routekaarten te verkrijgen zijn en ook staan er bij splitsingen borden met aanduidingen en kilometers naar een volgend punt. Regel bij voorkeur een 4×4 terrein wagen zodat je ook de minder drukke gravelwegen kan verkennen. Met een gewone huurauto mag je van de verzekering vaak niet van de asfalt wegen af.
Heb je geen eigen vervoer dan bieden alle lodges in en rond het park ook begeleide safari’s aan. In het park zijn verschillende kampementen waar je een bungalow kan huren of je eigen tent kan opzetten.
Ook kan je het park verkennen met wandeltochten, op de mountainbike of met een bootsafari. In het hoogseizoen kunnen met name de meerdaagse wandeltochten snel volgeboekt zijn, dus probeer op tijd een plek te reserveren via de website van Sanparks.
Op de Olifantsrivier (zijarm van de Limpopo rivier) vertrekken dagelijks boten die je met een gemoedelijk vaartje langs al het moois langs de rivier varen. Aan wal zie je regelmatig verschillende wilde dieren, maar spannender is het wat er in het water leeft. Zo is het bijna zeker dat je tijdens de boottocht krokodillen en nijlpaarden tegenkomt.
Beste tijd voor een bezoek aan het Krugerpark
Eigenlijk is het park het hele jaar door goed te bezoeken. Hierbij heeft ieder seizoen zo zijn eigen charmes. De warmste maanden in de zomer zijn december en januari met gemiddelde temperaturen boven de 30 graden. Over het algemeen zijn de zomers heet en valt er veel regen, maar is de natuur op zijn mooist. Gemiddeld valt er in Kruger ongeveer 500 millimeter neerslag en dat is voornamelijk ik de periode van oktober tot en met maart. De rest van het jaar is het koeler en overwegend zonnig en droog. In de droge maanden van augustus tot december trekt het wild naar de overgebleven waterbronnen wat het spotten een stuk makkelijk maakt.
Voor meer informatie, entree prijzen en het reserveren van je overnachtingen in het park bezoek www.sanparks.org/parks/kruger/
Vooraf aan ons bezoek vroeg ik me af of het Krugerpark nog wel een echte wildernis was. Ik zag foto’s voorbij komen van files op asfaltwegen, luxe restaurants en dure lodges. Maar ik ben blij dat dat ons niet afgeschrikt heeft. We bezochten het park begin februari wat het laagseizoen is. Buiten de hoofdwegen is het dan heerlijk rijden over het gravel en kom je soms een halfuur of langer geen andere auto tegen. Het voordeel is dat de meeste dieren redelijk gewent zijn aan auto’s wat het spotten van het wild zonder gids een stuk makkelijker maakt. Het is toch anders als jij zelf die neushoorn tussen de struiken ontdekt dan dat een gids hem aanwijst. Daarnaast waren die goede restaurants eigenlijk wel lekker na een dag op safari geweest te zijn.
(Foto’s & film: Maarten van de Biezen)